Persoonlijk leerdoel periode 2

In de 2e periode van het eerste jaar bouwkunde, is er opnieuw een leerdoel gemaakt om mee aan de slag te gaan.

Het leerdoel waar ik meer aandacht aan wilde besteden was: Beter leren plannen om zekerheid te krijgen over het gemaakte werk. Dit leerdoel is ontstaan, doordat ik zelf soms best onzeker ben over de dingen die ik maak. Deze onzekerheid ontstaat door meerdere factoren, daarom heb ik het opgesplitst in kleinere doelen om zo uiteindelijk het grootste doel te verbeteren. 

Het leerdoel is terug te lezen in het onderstaande document. door verschillende stappen is er uiteindelijk op het leerdoel uitgekomen. 

 

Feedback leerdoel

Als feedback op mijn leerdoel, kreeg ik te horen dat het leerdoel niet SMART is en hoe ik kan weten hoe ik het leerdoel heb gehaald. 

Leren plannen

Om deze periode beter te leren plannen en overzicht te krijgen van de werkbladen, heb ik deze allemaal onder elkaar in een boekje gezet, te zien in de afbeelding hieronder. In dit boekje ben ik kleine planningen gaan maken met wat ik wilde gaan doen. En zo kon ik ook makkelijk dingen afstrepen. Door de opdrachten op te schrijven en de werkbladen hierbij te lezen, kreeg ik ook al een beter beeld van wat er bij elke opdracht gevraagd werd. 

Reflectie met ABC methode

Om zelf feedback te geven of het leerdoel is behaald, is gebruik gemaakt van de ABC methode. 

Met de ABC methode geef je antwoord op de volgende vragen:

  • Aanleiding          wat is er gebeurd?​
  • Belangrijk            wat was belangrijk voor je?​
  • Conclusie            welke conclusie trok je over hoe te handelen?​
  • Doen                     handelde je ook zo of deed je iets anders?​
  • Effect                    wat was het effect van wat je deed?​
  • F                            ben je tevreden over hoe je hebt gehandeld? Klopte je analyse? En wat had je anders kunnen doen?​

Aanleiding

Belangrijk

Conclusie

De aanleiding van het leerdoel was, dat ik vaak op het einde voor een schouw best wel stress had. Dit, omdat ik de planning niet goed in orde had, waardoor ik veel op het laatste moment moest doen. Nu is dit wel vaak het geval bij mij. Ook dat ik veel op het einde doe, omdat ik dingen uitstel. Door de stress op het einde, ging ik vaak ook met een onzeker gevoel de presentatie is omdat ik niet goed kon voorbereiden. Nu heb ik gelukkig alle schouwen tot nu toe gehaald met een voldoende, maar je wil natuurlijk ook wel eens goed of uitstekend halen en  het gevoel hebben dat je het echt goed hebt gedaan.

Belangrijk deze periode was voor mij dat ik een betere planning wilde hebben, zodat ik minder stress op het einde zou ervaren en zekerder kon zijn over het werk wat ik maakte. 

Ik heb een dubbel gevoel over hoe ik heb gehandeld. Ik vind dat de planning wel iets beter ging door gebruik te maken van het boekje. Wel heb ik vaak moeite gehad om me aan de planning te houden. Hierdoor heb ik uiteindelijk weer op het laatste moment opdrachten moeten afmaken, waardoor ik ook niet tevreden was over de presentatie. 

Hier baal ik dus ook van.

Doen

Effect

F

Door mijn eigen gedrag heb ik er zelf voor gezorgd dat opdrachten op het laatste moment nog gemaakt moesten worden. Door uit te stellen stapelde moeilijke dingen zich op. 

Het effect is dat ik op het einde weer stress had en niet goed voorbereid de presentatie kon houden. Hierdoor was het cijfer ook lager dan dat ik had gewild.

Ik ben niet heel tevreden over hoe ik het heb aangepakt deze periode. De planning is wel iets beter geworden, maar voor in de toekomt moet dit wel veel meer verbeterd gaan worden. hier wil ik dus ook meer aan gaan werken.